Ik zit aan tafel met twee âiconenenâ, vormgevers van de basis van de jeugdopleiding sinds eind jaren negentig, nu al meer dan 20 jaar dus! Carlo en Ricardo Willemse
Ricardo Willemse speelde vanaf zijn 10e jaar bij Spartaanâ20. Hij was in 1995 vaste keus in het eerste elftal en begon dat jaar ook met begeleiding van de jeugd, eerst als assistent-trainer bij D1 en C1 en vanaf 1999 tot nu onafgebroken actief als trainer en coördinator bij D (JO13), E (JO11) en F (JO9). De coördinatie van de complete onderbouw van JO13, JO11 en JO9 is op dit moment zijn taak en daarnaast doet Ricardo (samen met Vergio Pinas) de training van JO9-1en2. Of dat allemaal nog niet genoeg is, assisteert hij waar nodig ook nog bij het team van zijn zoon Tex, JO13-7.
Carlo Willemse werd ook lid op zijn 10e , speelde in alle jeugdselecties en debuteerde in 1980 in het eerste elftal, waarin hij in twee periodes kort speelde. Toen zoon Lars in 1995 ging voetballen, begon ook de trainersloopbaan van vader Carlo. Vanaf 1999 eerst met Ricardo samen de E-selectie, daarna jarenlang de coördinator van F en sinds enkele seizoenen de trainer van âE-topâ en nu ook trainer van de allerjongste JO9-talenten.
In het gesprek hebben we het niet zo zeer over de coaching van hun teams, maar veel meer over de achtergronden van het hoe en waarom van de indeling in de jeugd-onderbouw.
Laten we bij het begin beginnen: hoe zijn jullie zelf in de jeugd opgeleid?
Beiden:  âWij komen, zonder al onze andere trainers tekort te doen, uit âde school van Philip Schefferâ met als eigenlijk simpele basisgedachte: niet alleen de bal naar vĂłren brengen, maar ook hoĂ©; hoe maak je daar van jaar tot jaar kinderen beter mee, op elk niveau.â
Spartaanâ20 is, anders dan vele andere clubs, niet meegegaan met volledige splitsing in categorieĂ«n naar geboortejaren, zeg maar het ânieuwe jeugdvoetbalâ zoals de KNVB het liefst ziet. Bij ons dus JO19-17-15-13-11-9 en daartussen geen 18-16-14-12-10-8. Wat is de verklaring daarvoor?
Ricardo: âFeitelijk hebben we die splitsing wel voor een deel gemaakt, maar dan anders in opzet. Neem bijvoorbeeld de JO9: in de eerste vier teams is het allemaal O9, daaronder hebben we de beste O8 in twee teams en in de onderste acht teams, die we meer ârecreatiefâ noemen, loopt het in leeftijd door elkaar. Overigens kan je ook vraagtekens zetten bij de KNVB-gedachte: er zijn nu eenmaal grotere en kleinere kinderen van exact eenzelfde leeftijd.â
Carlo: âEn in de categorie JO11 doen we het nog weer een beetje anders: degenen die als talent op dat moment het verste zijn, spelen in de zogenoemde âE-topâ als een JO13-team in de competitie. Iets waar we niet uniek in zijn, want diverse betaalde clubs hanteren ook deze lijn.â
Wat is daar het nut of voordeel van?
Ricardo: Onze gedachte is ook om door deze wijze van indelen de continuĂŻteit te bevorderen in de hele jeugdafdeling. Talenten die âop tijdâ doorstromen naar het steeds bij hen passende niveau, maar daarnaast juist ook in die andere teams de binding van kinderen en ouders met de club bevorderen door hen waar mogelijk van seizoen tot seizoen grotendeels bij elkaar te houden. Zodat we âSpartaan-kinderenâ krijgen die lang en met plezier bij ons spelen, en daarnaast talenten die graag bij ons terugkomen als het een stap hoger niet lukt.â
Carlo: âBij het voorbeeld van de âE-topâ gaat het erom dat je meer weerstand hebt bij talenten die er echt aan toe zijn op een steviger niveau te spelen tegen wat oudere kinderen. De aanpassingen aan het grote veld in de overgang van O11 naar O13 worden bij deze groep sneller bereikt. Fysiek wordt er winst geboekt en ook door de hogere voetbalsnelheid verbetert het positiespel sneller.â
Wat is naast het verder brengen van talent belangrijk bij ons?
Ricardo: âMinstens zo belangrijk is het âniet-technischeâ van onze opleiding: discipline op allerlei vlak en dat geldt zonder uitzondering voor de teams van hoog tot laag! Gedrag op de training, tijdens wedstrijden en ook hoe je met elkaar en met de leiding omgaat. We proberen ook echt onze begeleiders bij de jongste jeugd hier vanaf dag Ă©Ă©n in mee te nemen.â
Hoe doe je dat, je coaches coachen?
Ricardo: âNou ja, het begint natuurlijk met een simpel boekje met regels en gedragsnormen die wij hanteren. Dat krijgen ook alle ouders bij aanmelding mee. Daarnaast moet je er ook gewoon regelmatig over praten met elkaar, met leiders en met ouders, en zo nodig corrigeren. Laat ik overigens zeggen dat ik supertrots ben op al onze pupillen-begeleiders zoals die het nu doen!â
En gebeurt dat âcoach de coachesâ ook technisch?
Beiden: âJazeker, onder het motto âtrain de trainerâ houden we ook af en toe een bijeenkomst voor onze pupillentrainers, waarin we als het ware lesgeven met behulp van een trainingsgroep. Voordoen en feedback vragen. En diverse beginnende trainers vragen ook regelmatig om advies over trainingsvormen.â
Nu zijn jullie al heel lang twee van de pijlers onder onze jeugdafdeling? Maar gaan we ook ânieuwe Carloâs en Ricardoâs vinden?
Beiden: âAls de tijd daar is, ongetwijfeld. Maar let op hĂ©, wij vinden het zelf ook nog elke dag geweldig om op deze manier bezig te zijn. En er zijn goede mensen, soms nu nog zonder enkele opleiding, die wel gedreven zijn om ook stappen te maken, waar we op enig moment profijt van zullen hebben.â
Verder nog wensen voor de club, een kritische noot naar de leiding misschien?
Carlo: âDe verlichting op twee velden mag wel wat beter. En bij het 100-jarig bestaan in 2020 zou het leuk zijn om alle spelers die betaald voetbal haalden en bij ons een deel van hun opleiding genoten, in beeld te brengen. Er mag trouwens sowieso wel wat meer aandacht gegeven worden aan zoân feit, het zorgt voor extra uitstraling.â
Ricardo: âBij dat laatste, meer trots uitstralen door bijvoorbeeld meer uitingen hiervan in de kantine, sluit ik me graag aan. Misschien kan dat ook tot meer resultaat leiden in de sponsoring. Laat ik overigens ook gelijk zeggen dat ons bestuur veel dingen goed voor elkaar heeft hoor, de basis faciliteiten zijn goed. Nog een laatste wens: een volgend vrijwilligersfeest eens laten neerzetten door een buitenstaander, een professional, zodat ĂĄlle vrijwilligers dan ook even vrij zijn en genieten.â